Wie ben ik?

Ton de Graaff
Korte biografie

Ik ben geboren in 1962, in Gorinchem, en groeide op in een gezin met vijf kinderen. Mijn vader was boekhouder, mijn moeder hoofdzakelijk huisvrouw.

Na de MAVO en de HAVO-bovenbouw ben ik in 1982 Personeelswerk gaan studeren. Twee jaar later kon ik mijn hart volgen met de overstap naar de studie psychologie aan de Universiteit van Utrecht. Hier ben ik in 1990 afgestudeerd (klinische en theoretische psychologie).

Door het toenmalige overschot aan psychologen moest ik op zoek naar ander werk. Uiteindelijk ben ik erin geslaagd om werk te vinden als begeleider van mensen met een verstandelijke beperking. Aan deze werkzaamheden is in 2016 helaas een einde gekomen. Sindsdien heb ik o.a. een cursus vertaler Engels (beide richtingen) gevolgd.

In 2001 vond ik mijn huidige vrouw, die mij in 2007 en 2008 twee prachtige zonen schonk. Een hobby van mij is hardlopen, met meestal twee lopen van 10 kilometer per jaar.

Ontstaan van de psychostratica

Aan het eind van mijn studie psychologie ben ik begonnen met het ontwikkelen van een ge­laagd model van de psyche. Dit model kwam in eerste instantie voort uit werk van Piet Vroon (“Tranen van de krokodil” en “Wolfsklem”). Later putte ik voor mijn gelaagdheidsmo­del ook uit de belangrijkste bron van Vroons werk, de bekende triune brain-opvatting (“hersendrie-een­heid”) van de Amerikaanse neurowetenschapper Paul MacLean. Bij het werken aan het ge­laagdheidsmodel werd ik begeleid, ook na mijn afstuderen, door dr. Geert Panhuysen van de Rijksuniversiteit Utrecht, die mij op het werk van MacLean attendeerde. Helaas kon hij mij na verloop van tijd niet meer verder op weg helpen, en stond ik er intellectueel alleen voor.

Mijn interesse in de gelaagdheid van brein en psyche gaat echter nog verder terug. In mijn jeugd was ik reeds onder indruk van Carl Sagans weergave van de triune brain-opvatting in de Nederlandse vertaling van zijn boek The dragons of Eden. In die tijd ontwaakte ook mijn blijvende interesse in die andere gelaagdheidsopvatting, de psychoanalyse, toen ik met een opvatting over religie kwam en mijn oudste broer mij vertelde dat deze als vergelijkbaar is die van Freud.

Naast mijn werk als begeleider, en later de zorg voor mijn zonen, ben ik blijven doorwerken aan mijn gelaagdheidsopvattingen, die uiteindelijk zouden resulteren in de psychostratica. Deze opvattingen hebben echter in de loop der jaren twee belangrijke veranderingen ondergaan. Ten eerste is het relatieve aandeel van de psychologische opvattingen (vooral psychoanalyse) hierbinnen toegenomen ten koste van de neuropsychologische opvattingen (met name triune brain-opvatting). Maar dit verminderde relatieve belang van de triune brain-opvatting neemt niet weg dat dit het fundament is van de psychostratica, die zich door deze biologische basis op beduidende wijze onderscheidt van die andere gelaagdheidsopvatting, de psychoanalyse.

De tweede belangrijke verandering die mijn gelaagdheidsopvattingen hebben ondergaan, is die van een topisch (“statisch”) model naar een ontwikkelingspsychologie waarbinnen vijf (mogelijke) fasen onderscheiden worden. Deze en andere veranderingen resulteerden uitein­delijk in de psychostratica.

Mijn motivatie voor deze zware arbeid komt voort uit mijn overtuiging dat de psychostratica de potentie bezit om eenheid te brengen binnen de huidige veelheid aan psychologiestromingen.